Skip to Content
ISO 45001Het auditproces

Het auditproces bij ISO 45001

De certificeringsaudit is het moment waarop een externe auditor van een geaccrediteerde instantie  beoordeelt of je G&VW-managementsysteem voldoet aan ISO 45001 . De officiële norm is verkrijgbaar via NEN . Op deze pagina leggen we uit wat je kunt verwachten en hoe je je het beste voorbereidt.

De twee fasen van certificering

De certificeringsaudit bestaat uit twee fasen die samen bepalen of je het certificaat krijgt.

Fase 1: Documentatiebeoordeling

In fase 1 beoordeelt de auditor of je op papier klaar bent. Hij bekijkt je documentatie, je gevarenidentificatie en risicobeoordeling, je beleid en doelstellingen, en je overzicht van wettelijke verplichtingen.

Het doel is vaststellen of je G&VW-managementsysteem voldoende is uitgewerkt om fase 2 te kunnen doen. De auditor checkt ook of je de interne audit en directiebeoordeling hebt uitgevoerd.

Fase 1 duurt typisch een halve dag tot een dag voor kleinere organisaties. Het kan op locatie plaatsvinden of deels op afstand.

Na fase 1 krijg je een rapport met bevindingen. Als er fundamentele tekortkomingen zijn, wordt fase 2 uitgesteld totdat je deze hebt opgelost. Vaak zijn er wel opmerkingen, maar is de conclusie dat je door kunt naar fase 2.

Fase 2: Implementatie-audit

In fase 2 komt de auditor naar je locatie om te controleren of je systeem niet alleen op papier bestaat, maar ook in de praktijk werkt.

De auditor praat met medewerkers op verschillende niveaus. Hij vraagt naar hun kennis van het beleid, hun rol in het systeem en hoe ze omgaan met veiligheid in hun dagelijks werk. Een operator kan gevraagd worden wat hij doet bij een gevaarlijke situatie. Een leidinggevende kan uitleggen hoe werkplekinspecties worden uitgevoerd.

De auditor bekijkt registraties zoals incidentmeldingen, resultaten van werkplekinspecties, opleidingsregistraties, verslagen van toolbox meetings en notulen van directiebeoordelingen. Hij wil bewijs zien dat je doet wat je zegt te doen.

De auditor loopt rond op de werkvloer en observeert hoe er gewerkt wordt. Worden veiligheidsvoorschriften nageleefd? Zijn de instructies aanwezig en leesbaar? Wordt de juiste PBM gedragen? Komt de situatie overeen met wat gedocumenteerd is?

De auditor zoekt niet naar perfectie. Hij zoekt naar een werkend systeem dat voldoet aan de eisen en dat leidt tot continue verbetering. Kleine afwijkingen zijn normaal en kunnen worden opgelost.

Mogelijke uitkomsten

Na de audit krijg je een rapport met bevindingen. Er zijn verschillende soorten bevindingen.

Conformiteiten zijn punten waar je voldoet aan de eisen. Deze bevestigen dat het goed gaat.

Observaties zijn verbeterpunten die geen afwijking van de norm zijn. De auditor ziet mogelijkheden om iets beter te doen, maar je voldoet aan de minimale eisen. Je bent niet verplicht actie te ondernemen, maar het is wel verstandig.

Minor afwijkingen zijn tekortkomingen die opgelost moeten worden, maar die de werking van het systeem niet fundamenteel ondermijnen. Je krijgt typisch negentig dagen om deze af te handelen. Het certificaat wordt afgegeven zodra je bewijs aanlevert dat de afwijkingen zijn opgelost.

Major afwijkingen zijn ernstige tekortkomingen die de werking van het systeem fundamenteel ondermijnen. Bij major afwijkingen kan het certificaat niet worden afgegeven totdat de afwijkingen zijn opgelost en geverifieerd via een heraudit.

De meeste organisaties krijgen bij de eerste audit enkele minor afwijkingen. Dat is normaal. Je lost ze op, levert bewijs aan en ontvangt je certificaat.

Veelvoorkomende auditbevindingen

Sommige tekortkomingen komen vaker voor. Door hiervan te weten, kun je ze voorkomen.

Bij werknemersparticipatie

De meest specifieke eis van ISO 45001 is werknemersparticipatie. Auditors letten hier scherp op. Als medewerkers niet kunnen uitleggen hoe zij worden betrokken bij het identificeren van gevaren of het vaststellen van maatregelen, is dat een bevinding.

Zorg dat werknemersparticipatie aantoonbaar is. Vastleggen wie heeft deelgenomen aan risicobeoordelingen, hoe suggesties worden afgehandeld en welke input is meegenomen in beleidsbeslissingen.

Bij gevaren en risico’s

De gevarenidentificatie is onvolledig of de risicobeoordeling is niet transparant. De auditor wil zien dat je systematisch alle relevante gevaren hebt bekeken, inclusief psychosociale risico’s en risico’s bij niet-routinematige activiteiten.

Een register met alleen de voor de hand liggende gevaren is onvoldoende. Je moet kunnen uitleggen hoe je tot je inventarisatie bent gekomen.

Bij naleving wetgeving

Het overzicht van wettelijke eisen is niet actueel of de evaluatie van naleving ontbreekt. Je moet niet alleen weten welke regels gelden, maar ook periodiek controleren of je ze naleeft en dit vastleggen.

De Arbowet, het Arbobesluit en branchespecifieke regelgeving moeten zijn geïdentificeerd. De auditor kan vragen hoe je wijzigingen in wetgeving volgt.

Bij doelstellingen

Doelstellingen zijn niet meetbaar of de voortgang wordt niet gemonitord. “We willen veiliger werken” is geen goede doelstelling. “We verlagen het aantal incidenten met 20% in 12 maanden” is dat wel, mits je de voortgang bijhoudt en kunt laten zien.

Bij incidentonderzoek

Incidenten worden niet onderzocht of de corrigerende maatregelen zijn niet effectief. De auditor vraagt naar recente incidenten en hoe deze zijn afgehandeld. Als je geen bewijs hebt van oorzaakanalyse en opvolging, is dat een bevinding.

Bij interne audit

De interne audit was onvoldoende of bevindingen zijn niet opgevolgd. De interne audit moet alle eisen van de norm dekken en de auditor mag niet zijn eigen werk controleren. Bevindingen moeten zijn afgehandeld.

Voorbereiding op de audit

Een goede voorbereiding vergroot de kans op een soepele audit.

Controleer je documentatie

Loop je documentatie na. Is alles actueel? Kloppen de versienummers? Zijn er geen tegenstrijdigheden tussen wat je hebt opgeschreven en wat je doet? Verouderde documenten die niet overeenkomen met de praktijk zijn een rode vlag.

Bereid je medewerkers voor

Informeer medewerkers dat de audit eraan komt en wat dit inhoudt. Ze hoeven niet bang te zijn, maar ze moeten wel kunnen uitleggen wat ze doen en hoe veiligheid in hun werk is geregeld.

Vertel hen dat ze eerlijk moeten antwoorden. Als ze iets niet weten, is het beter om dat te zeggen dan iets te verzinnen. Auditors waarderen eerlijkheid.

Oefen eventueel met een paar medewerkers. Welke vragen kunnen ze verwachten? Weten ze waar het beleid staat? Kennen ze de procedure voor het melden van gevaarlijke situaties?

Controleer je registraties

Verzamel de registraties die de auditor waarschijnlijk wil zien: incidentmeldingen, werkplekinspecties, opleidingsregistraties, toolbox-verslagen, auditverslagen en notulen van directiebeoordelingen.

Zorg dat ze compleet en toegankelijk zijn. Als je nog gaten hebt in je registraties, is dit het moment om ze te vullen.

Loop je werkplek na

Bekijk je werkplek met de ogen van een auditor. Zijn de veiligheidsinstructies aanwezig waar ze horen? Worden PBM’s correct gedragen? Zijn vluchtwegen vrij? Staan gevaarlijke stoffen correct opgeslagen? Kleine dingen vallen op.

Plan de auditdagen

Zorg dat de relevante mensen beschikbaar zijn. De auditor wil praten met de directie, met de verantwoordelijke voor het G&VW-systeem en met medewerkers op de werkvloer. Als sleutelpersonen op vakantie zijn, heb je een probleem.

Probeer niet te verbloemen of te verbergen. Auditors zijn getraind om inconsistenties te zien. Eerlijkheid over tekortkomingen en hoe je ze aanpakt, maakt een betere indruk dan proberen ze te verbergen.

Tijdens de audit

De audit begint met een openingsvergadering waarin de auditor het programma toelicht en vragen beantwoordt. Vervolgens gaat hij aan de slag volgens zijn auditplan.

Wijs iemand aan die de auditor begeleidt en aantekeningen maakt van bevindingen. Dit helpt bij de opvolging en voorkomt misverstanden.

Beantwoord vragen eerlijk en bondig. Als je iets niet weet, zeg dat dan en bied aan om de informatie later te leveren. Ga niet speculeren of uitweiden.

Als de auditor een bevinding noteert, vraag dan om verduidelijking als je het niet begrijpt. Je hoeft het niet oneens te zijn, maar je moet wel begrijpen wat het probleem is en hoe je het kunt oplossen.

De audit eindigt met een slotvergadering waarin de auditor zijn bevindingen presenteert. Dit is het moment om vragen te stellen over onduidelijkheden.

Na de audit

Na de audit ontvang je het formele rapport. Bij minor afwijkingen krijg je tijd om deze op te lossen, typisch negentig dagen. Je levert bewijs aan van de genomen maatregelen en de auditor beoordeelt of dit voldoende is.

Zodra alle afwijkingen zijn afgehandeld, ontvang je het certificaat. Dit is drie jaar geldig.

Surveillance-audits

Na certificering komt de auditor elk jaar terug voor een surveillance-audit. Dit is korter dan de initiële audit, typisch een derde tot de helft van de tijd. De auditor controleert of je het systeem onderhoudt en verbetert.

Bij de surveillance-audit wordt niet het hele systeem geaudit, maar een selectie van onderdelen. Over de drie jaar moet alles aan bod komen.

Als de surveillance-audit ernstige tekortkomingen aan het licht brengt, kan het certificaat worden geschorst of ingetrokken. Dit is zeldzaam als je het systeem serieus onderhoudt.

Hercertificering

Na drie jaar volgt een hercertificeringsaudit. Deze is uitgebreider dan een surveillance-audit en vergelijkbaar met de initiële audit. Het hele systeem wordt opnieuw beoordeeld.

Bij succesvolle hercertificering ontvang je een nieuw certificaat voor de volgende drie jaar.

Keuze van certificerende instantie

Je kiest zelf welke certificerende instantie de audit uitvoert. Kies altijd een instantie die is geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie (RvA)  of een vergelijkbare instelling die deel uitmaakt van de International Accreditation Forum (IAF) .

Bekende instanties in Nederland zijn Kiwa , TÜV , DNV , DEKRA , Bureau Veritas  en LRQA .

Vraag offertes aan bij meerdere instanties en vergelijk op prijs, doorlooptijd en ervaring in jouw sector. Een auditor die je branche begrijpt, kan meer waarde toevoegen.

Volgende stap

Terug naar het stappenplan voor het complete traject, of lees de veelgestelde vragen voor antwoorden op praktische vragen.